“Er liggen absoluut kansen voor mestverwerking, maar op dit moment schat ik dat de mestafzetkosten naar de 15 euro gaan door mestverwerking. Het overschot in bepaalde regio’s moet worden verwerkt en de rest op het land. Bovendien moet vraag en aanbod in de regio’s beter op elkaar afgestemd worden,” aldus Jan.
Vergunningen mestverwerking moeizaam
Maatschappelijk draagvlak voor mestverwerkingsinstallaties is op dit moment nog en probleem.. Dit bemoeilijkt de vergunningverlening . Initiatiefnemers van mestverwerking moeten volgens Jan daarom inzichtelijk maken wat de gevolgen zijn van een installatie en dat het niet tot overlast leidt. “Ze moeten laten zien dat de overlast juist minder is. Een centrale mestverwerkingsinstallatie zorgt in feite voor minder transportbewegingen in het dorp. Alleen gaat het transport over één route. Voor een verwerking met een capaciteit van 100.000 ton betekent dat toch twee keer 2500 vrachtwagens van 40 ton op jaarbasis ofwel 13 tot 14 transportbewegingen per dag. Die moet je dus zo situeren dat het niet als overlast ervaren wordt. De keuze voor het aanwijzen van de locaties moet wellicht ook wat uit de democratie gehaald worden om regionaal tot oplossingen te kunnen komen.”
Stankoverlast is iets waar in geïnvesteerd moet worden, want dat kan technisch opgelost worden. Pijnenburg ziet bijvoorbeeld nog steeds bedrijven waar het laden en lossen buiten gebeurt, terwijl een hal aanmerkelijk minder stankoverlast veroorzaakt. “De wet- en regelgeving ten aanzien van stankoverlast is daarom op zijn plaats, maar anderzijds moet er dan voor goede initiatieven wel ruimte worden geboden.”
Mestverwerking op het eigen bedrijf
Mestverwerking was in het recente verleden niet echt succesvol, maar Jan ziet dat dat dit nu verandert: “De varkensbedrijven worden groter en dit betekent dat mestverwerking op bedrijfsniveau ook mogelijk is, mits de bedrijven minimaal 10.000 kubieke meter mest produceren. Dat elimineert de noodzaak van mesttransport en verlaagt de kosten met 3 euro per kuub. Een gezamenlijke verwerker van een aantal kleine varkenshouderijen is evenwel niet rendabel, omdat je dan nog steeds met transport zit. De mest moet vanuit de put meteen verwerkt worden.”
Groot bouwblok nodig
Voor mestverwerking is een groot bouwblok nodig. Een bouwblok is in veel provincies maximaal 1,5 hectare, maar volgens Jan is minimaal 2 hectare nodig om ook de verwerkingsinstallatie op het bouwblok kwijt te kunnen. “Direct verwerken op locatie met voldoende (verse) mest, is het mooiste wat er is voor mestverwerking.”
Jan schat dat het nog tien jaar zal duren voordat er voldoende grote bedrijven zijn die het mestoverschot kunnen verwerken. Als dat gebeurt, kunnen de kleine bedrijven hier ook van profiteren. Zij kunnen hun (dunne) mest op het land kwijt. Waarbij zij via voorscheiding een eventueel overschot geconcentreerd kunnen afvoeren naar een centrale verwerker.
Neem voor meer informatie over mestverwerking contact op met Jan Pijnenburg.
Dit artikel is samengevat op basis van het artikel ’Mestverwerking voor lagere kostprijs’ in Pigbusiness van 1 september 2016.