De verstorende factoren die de varkensprijzen nu nog verder onder druk zetten zijn kort samengevat; varkenspest, corona en toegenomen afhankelijkheid van de wereldmarkt.
In de afgelopen twee jaar lagen de pieken en dalen in de varkensprijzen en de biggenprijzen enorm ver uit elkaar. Een vleesprijs van € 1,90 en € 1,25 in een maand waren de laatste twee jaar extremer dan we kennen vanuit de historie. Nieuw was ook het feit dat de varkens op veel bedrijven tijdelijk niet weggingen.
Ketenbreed behoefte aan langetermijnafspraken
Eigenlijk zit niemand te wachten op deze pieken en dalen in de prijzen. Reden dat de gehele keten hier meer aandacht aan besteedt dan ooit tevoren. Er is geen betere aanleiding te bedenken om langetermijnafspraken te maken met ketenpartijen. Natuurlijk zijn onderscheidende concepten essentieel. Maar een stabielere prijs met een langjarige relatie is minstens net zo belangrijk.
De markt verandert in mijn ogen snel. Niet dat één periode van marktverstoringen nu meteen alles verandert. Gemiddeld gezien zal over een aantal jaren een tegenvaller in afzet zich ook wel weer uitmiddelen voor de bedrijven op de vrije markt.
Vlakker cashflow verloop
Aanleiding voor veranderingen in de markt zijn mijn inziens de toenemende volumes aan varkens bij alle schakels in de keten en de erg extreme uitwas in prijzen. Een vlakker cashflow verloop is voor alle schakels wenselijk, zo niet noodzaak. Daarnaast willen de leveranciers aan de consumenten een onderscheidend product leveren. Dit zal de vraag naar ketensamenwerking doen toenemen. Niet een hogere maar een vlakkere prijs is daarbij het doel. En niet de prijsonderhandeling staat dan op de eerste plaats maar een gezonde samenwerking tussen de ketenpartijen. Niet meer de snelle wisselingen voor een centje meer, maar partnerships met langjarige samenwerking zullen de Nederlandse markt bedienen.
Wereldmarkt alleen is gevaarlijk
Het specifiek produceren voor de wereldmarkt vind ik voor Nederland erg gevaarlijk. Aan kostprijs kunnen we daarin gewoon niet mee. Uiteraard zijn we een zodanig handelsvolk dat we de ruimte op de wereldmarkt pakken nu daar een onbalans is in aanbod en vraag. Echter is die markt niet alleen erg onzeker voor de lange termijn, maar ook erg wisselend in afzet, met alle gevolgen van dien.
De Nederlandse producent doet er goed aan op zoek te gaan naar langjarige relaties. In de Nederlandse markt is daar zeker ruimte voor en die markt zal zich snel verdelen in langjarige partnerships.
Europese mogelijkheden
Ook voor onze export binnen de Europese markt liggen er voldoende mogelijkheden. We hebben nu eenmaal een flinke exportpositie in de varkensvleesproductie. Zeker Duitsland is daarbij voor Nederland interessant. Ik verwacht dat die markt daalt onder zelfvoorzienend en dat is voor Nederland de kans om daar langjarige afspraken te maken. Wellicht minder makkelijk dan in Nederland, maar ik zie die kansen wel komen.
Vraag is of je die moet maken met de retailers daar of met de slachterijen. Enkel met de slachterijen heb ik er een slechter gevoel over dan wanneer je een positie hebt in de hele keten. Voor de internationale markt zal dat moeilijker zijn dan binnen Nederland.
Wel verwacht ik dat de Duitse markt door een goede vraag de komende jaren interessant zal zijn.
Zeker ten opzichte van de Spaanse markt die sterk seizoensgebonden is en daarom qua kostprijs eigenlijk niet bij ons past. Daarbij is deze markt groeiende en zullen zij dit in de toekomst zelf invullen.
Wees voorbereid
Ik geef de varkenshouders het advies om zich nadrukkelijk te richten op de markt waarvoor je gaat produceren. Het afhankelijk zijn van de wereldmarkt en je er zelf niet in verdiepen, vind ik een te groot risico. De komende jaren zal er naar verwachting veel veranderen op het gebied van de varkenshouderij in West-Europa. Als varkenshouder zou ik deze kansen proberen te grijpen om zo beter voorbereid te zijn op een onzekere periode.
Dit artikel is overgenomen van varkens.nl