Jan: “Vaak zijn het bedrijven die tot de ontdekking gekomen zijn dat ze veel te hoog zitten ten opzichte van de norm. Maar soms zijn het ook gewoon bedrijven die er een sport van maken om zoveel mogelijk te besparen, soms zelfs wel tot 60-70%. Als je bedenkt dat het bij een gezinsbedrijf van 300 zeugen en 3000 vleesvarkens al snel om 30.000 euro per jaar gaat is dit ook wel begrijpelijk.”

Besparen niet ten koste van productie

Uiteraard moeten de besparingen niet doorslaan en ten kosten van de productie gaan. “Toch komt het verrassend vaak voor dat het éxtra verbruik juist ten koste van de productie gaat. Zo kan een te hoog afgestelde maximum ventilatie er toe leiden dat bij afkoelende nachten onnodig tocht ontstaat”.

Verbruik in beeld

Het verbruik inzichtelijk maken is de eerste stap richting besparing. “Als een veehouder weet wat hij verbruikt ten opzichte van de norm, kan er een besparingsplan gemaakt worden. Ik bereken dit voor veehouders in grote lijnen gratis uit? op bedrijfsniveau. Dit vergelijk ik met bedrijven van dezelfde omvang om kansen voor verbetering te zoeken.”

Een passend advies

Na deze signalering kan Jan desgewenst een specifiek besparingsplan voor de veehouder opstellen. “In de meeste adviezen komt naar voren dat er anders moet worden omgegaan met de apparatuur op het bedrijf. Daar is vaak de eerste winst al te halen. Het doen van investeringen volgt nadat de aanwezige apparatuur optimaal functioneert. Ik adviseer vaak investeringen met een terugverdientijd korter dan vijf jaar. Soms kan een investering met een terugverdientijd van één jaar ook uit. Het uitstellen van dergelijke investeringen tot er geld vrijkomt is niet handig. Probeer deze spiraal te doorbreken.” 

Neem voor meer informatie contact op met Jan Pijnenburg.