Succesvolle bijeenkomsten: inzichten over bemesting 2025 en het gebruik van mineralen en spoorelementen

De bijeenkomsten: kennisdeling en praktische oplossingen

Afgelopen weken hebben er een aantal bijeenkomsten plaatsgevonden met melkveehouders, waarin dieper werd ingegaan op de belangrijkste thema’s van het project. Tijdens deze bijeenkomsten gaven DLV Advies en GD presentaties en er werd volop ruimte geboden voor vragen en discussies over de praktische toepassing van de besproken thema’s.

Adviseurs Mest & Mineralen van DLV Advies, waaronder Sjoerd Roelofs en Paul Blokker, hielden een presentatie over bemesting en de uitdagingen die melkveehouders kunnen tegenkomen met de beschikbare mesthoeveelheden in 2025. Er werd specifiek ingegaan op het passend bemesten, met een focus op het bemesten van stikstof, fosfaat en kalium, evenals het belang van de afnemende bemestingsruimte van drijfmest en kunstmest. De strategieën die werden gepresenteerd helpen melkveehouders om hun bemestingsruimte te optimaliseren, rekening houdend met de striktere wetgeving en de beperkte beschikbaarheid van mest.

Vervolgens gaven Mike Weersink en Arjan Pakkert, buitendienst medewerkers bij GD, een presentatie over mineralen en spoorelementen en hoe deze van invloed zijn op de gezondheid van de veestapel. Er werd uitleg gegeven over de rol van mineralen zoals selenium, koper en zink, en hoe tekorten van deze elementen gezondheidsproblemen zoals mastitis, verminderde vruchtbaarheid en klauwproblemen kunnen veroorzaken. Ook werd de interactie tussen mineralen, zoals de invloed van zwavel op koperabsorptie, uitvoerig besproken.

Daarnaast werd er stilgestaan bij de praktische toepassing van mineralen in de voeding van melkvee bijvoorbeeld via krachtvoer, een lik emmer of een mineralenbolus. Het belang van het monitoren van de mineralenstatus via tankmelkonderzoek werd benadrukt, evenals de noodzaak om mineralen op maat aan te bieden afhankelijk van de specifieke situatie van het bedrijf.

Belangrijke inzichten

Tijdens de bijeenkomsten kwamen diverse belangrijke punten aan bod die melkveehouders kunnen helpen hun bedrijfsvoering duurzamer en gezonder te maken.

Afname bemestingsruimte door afbouw derogatie
De bemestingsruimte neemt door de afbouw van derogatie flink af. Vooral in NV-gebieden waar een stikstofkorting van 20% geldt, wordt de beschikbaarheid van mest en kunstmest per hectare steeds beperkter. Door de afbouw van derogatie hebben melkveehouders steeds minder mest en kunstmest per hectare beschikbaar. Het is belangrijk om nauwkeurig in te schatten hoeveel drijfmest en kunstmest beschikbaar zijn en om deze zo efficiënt mogelijk in te zetten. Tijdens de bijeenkomsten werd, aan de hand van een aantal voorbeelden, aangegeven hoe de drijfmest en kunstmest goed te verdelen is. De focus lag hierbij op de eerste en tweede snede. Bij de keuze in kunstmest is ook besproken welke voorjaarsmeststoffen er bij de deelnemers gebruikt worden en welke handleiding qua aanwendtijdstip er bij hoort.

Grasklaver en kruidenrijkgrasland
Na de eerste snede kan kunstmest worden bespaard op percelen met grasklaver en kruidenrijk grasland, waardoor de kunstmestgiften naar andere percelen verplaatst kunnen worden. Gedurende de bijeenkomsten gaven deelnemers hun praktijkervaringen weer met het gebruik van grasklaver en kruidenrijk grasland.

Efficiënte bemesting en bodemgezondheid als sleutel tot optimale opbrengst

Verder werd toegelicht dat de drijfmestgift bij maïs op gescheurd grasland, in het eerste en deels ook in het tweede jaar van teelt kan worden weggelaten. De deelnemers erkennen dat optimaal bemesten met een beperkte bemestingsruimte een uitdaging vormt, waarbij het gebruik van vlinderbloemigen zoals klaver steeds belangrijker wordt. Een gezonde bodem met de juiste structuur, vruchtbaarheid en pH is daarbij essentieel. Het uiteindelijke doel is om met minder input toch een maximale output te behalen, zowel kwalitatief als kwantitatief.

Meten van mineralen bij de koe
Bij de mineralenvoorziening kwam naar voren dat de deelnemers graag willen weten welke keuze ze kunnen maken in mineralen. Deelnemers willen meer inzicht in de keuze voor organische of anorganische mineralen en de beste manier om deze te verstrekken. Ook is er interesse in onderzoekswijzen om de mineralenvoorziening van de koe te meten en te optimaliseren.

Vooruitblik en aan de slag met de opgedane kennis

Het project ‘Doorkijk op een gezonde productie’ biedt melkveehouders niet alleen waardevolle inzichten, maar ook praktische handvatten om hun bedrijfsvoering te verbeteren en zich voor te bereiden op de toekomst. Door deel te nemen aan de komende bijeenkomsten, kunnen zij nog meer leren over de nieuwste ontwikkelingen op het gebied van diergezondheid, mestgebruik en weidemanagement, en hun bedrijf optimaal afstemmen op de veranderende wet- en regelgeving. De volgende bijeenkomsten staan gepland in april en zullen gaan over de onderwerpen ‘bodem’ en ‘vector overdraagbare aandoeningen’.

Mede mogelijk gemaakt door

Binnen dit project krijgen de deelnemers via bijeenkomsten onder andere inzicht in eiwitbenutting, diergezondheid en weidemanagement in combinatie met de nieuwste GLB-regels. Het project is mede mogelijk door steun van het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling: Europa investeert in zijn platteland.